Integreren in het Portugese leven doe ik graag. Al gaat het me niet altijd even makkelijk af. Door de taal begrijp ik niet alles wat gezegd wordt, waardoor ik zo nu en dan een antwoord geef dat het hele gesprek stillegt.
Dat gebeurt niet overal. De slagers praten behendig om mijn fouten en misvattingen heen. Of beginnen gewoon met een groot hakmes de koteletten te bewerken. Probleem opgelost. Daar kan ik niet anders dan respect voor hebben, want het bespaart ons allemaal een soort van gezichtsverlies. En dat, dat weet ik nu wel zo ondertussen, is niet prettig voor een Portugees: het lijden van gezichtsverlies. Ik ken dan ook al veel beleefdheidsvormen en loop – tijdens de drukke spitsuren – door de supermarkt als een oude Portugese rot door de gangpaden. Com licença. Wat ik, net als menigeen, na vier jaren in Portugal al meer nonchalant van me af slis, dan dat ik de woorden netjes articuleer.
Het gaat toch ook nog regelmatig mis
Hoewel, toch ook in de supermarkt gaat het soms nog mis. Vaak bij het afrekenen, omdat ik de cijfercombinaties nog niet helemaal beheers. Zevenenzestig cent of andersom, zesenzeventig cent, zijn de lastigste combinaties voor mij. Maar soms ook geef ik zo trots als een pauw de caissière een extra vierentachtig centen, zodat ze me vijf euro’s wisselgeld kan geven – attent! – en dan blijken het toch vierennegentig centen te zijn. Dus heb ik mezelf aangeleerd om te luisteren plus direct daarna te kijken op het kassascherm, waarop het verschuldigde bedrag te zien is.
En nog geen twee jaar geleden vergiste ik me dusdanig in een woord (ik bestelde een ijsje), waardoor ik nu al twee jaar ijs bestel in een ‘copo’. Uit voorzorg. Want het woord dat ik uitsprak, en waar ik mijn ijs in wilde hebben, deed de uitbaatster heel hard lachen. Achteraf kon ik het woord ook niet vinden in het woordenboek. Het moet dus wel een raar woord geweest zijn. Maar door schade en schande leert men.
Autorijden
Nee, dan gaat het autorijden me beter af. Portugezen rijden toch, en hoe zal ik dat eens aardig zeggen? Ehmm, met de Franse slag? Ik weet bijna zeker dat ik de enige in Aveiro ben, die gebruik maakt van zijn knipperlichten. Een voorbeeld. Als ik een rotonde driekwart rond ga, geef ik netjes met mijn knipperlicht aan dat ik de rotonde vrijwel helemaal rond ga. En relatief ruim op tijd voor de afslag, schuif ik netjes en geleidelijk een baan op. En zet ik m’n knipperlicht de andere kant op. In Nederland staat die voorspelbaarheid gelijk aan veiligheid.
Ik heb gemerkt, dat deze Hollandse rijstijl in Portugal levensgevaarlijke situaties kan opleveren. Want een Portugees – man of vrouw, dat is eender – rijdt zo recht mogelijk op de afslag af. Schakelt misschien terug van zijn vier naar drie, maar doet verder niet gek veel moeite om zijn medeweggebruikers op de hoogte te stellen van zijn of haar doel. Laat staan richting.
Terechtwijzing
Dat is ook de reden dat ik mijn rijstijl wat heb aangepast de laatste tijd. Meedoen is tenslotte ook een kwestie van aanpassen. Integreren dus! Dus toen mijn vriendin en ik op een industrieterrein net buiten Aveiro het parkeerterrein van een grote sportzaak op wilden rijden, koos ik voor de snelle oplossing. Ik remde redelijk abrupt af, deed mijn knipperlicht aan en wachtte tot een aantal tegemoetkomende auto’s voorbij waren gereden. Ik stond dicht tegen de middenstreep aan en mijn achterliggers konden met gemak en dankzij de anderhalf meter extra asfalt die rechts naar de weg lag, langs onze auto heen rijden.
Op dat moment gebeurde het. Een auto stopte. De automobilist en alle inzittenden keken ons indringend aan. Er was geen ontwijken of negeren aan. De automobilist schudde zijn hoofd, maakte met zijn vinger een gebaar richting de rotonde even verderop. Daarna volgde een draaiende beweging met dezelfde vinger, die niks anders betekende dan dat ik de rotonde rond moest om een meter of dertig later rechts te kunnen afslaan om zo het parkeerterrein op te kunnen rijden.
Integreren. Het is een kwestie van vallen en opstaan.
Junte Schwartz zegt
Zeer herkenbaar, Peter, zeker je opmerking over de opvallende neiging van Portugezen om gezichtsverlies te vermijden. Zo loop ik regelmatig aan tegen het onaangekondigd niet nakomen van afspraken, gemaakt met aannemer, timmerman, loodgieter, elektricien, enz.; en het vervolgens niet communiceren van de redenen waarom resp. het maken van een nieuwe afspraak – het enige wat te beluisteren valt is een doodse stilte. Pas na ettelijke eigen pogingen ontstaat (als je geluk hebt) enige beweging.
De uitleg die ik van deskundige zijde ontving: er is absoluut geen sprake van kwade wil, maar men denkt het gezicht te verliezen met het afleggen van verklaringen en dat dient koste wat kost te worden vermeden. Men kiest derhalve de weg van de stilte.
Een kwestie van cultuur.
henk wijmans van nieuwkasteele zegt
Beste Peter, met genoegen je stukje gelezen,
even een kleine en vriendelijk bedoelde info over het gebruik van de richtingaanwijzer.
het is misschien wel duidelijk maar bij het aankomen rijden van een rotonde cq verkeersplein is het niet verplicht om de richtingaanwijzer te gebruiken omdat je pas van richting veranderd op een rotonde of verkeersplein als je er af rijd dus rechts af, dan pas richting aan..
Het naderen en op het plein of rotonde blijven rijden is namelijk rechtdoor rijden.
Peter Hoogeweg zegt
Dank voor de informatie, Henk!
Willy Liebrand zegt
Ik wil toch even opmerken dat sinds de groei van het aantal rotondes heel wat vrachtwagens
voor ze op de rotonde rijden naar links knipperen ook als ze de volgende afslag rechts al nemen
heeft duidelijk met de veiligheid te maken en de niet al te grote rotondes waar hij gegarandeerd met de achterste helft van de wagen op de linker (binnenste )baan terecht komt
dus de achter hem rijdende is gewaarschuwd……..prima gewoonte
Wat me wel stoort is bij omhoog rijden bij dubbele baan, iedereen denkt en doet
alsof van linker naar rechter strook voorrang heeft.
naar de rechter strook voorrang heeft.
Peter Hoogeweg zegt
Zeker een goede gewoonte!
Liz zegt
Beste Peter, wat een leuk en herkenbaar stukje heb je geschreven. Met een glimlach, soms schaterlach, want oh zo herkenbaar. Wat een heerlijk land. Het valt mij op (ik woon in de Algarve), dat er relatief weinig ongelukken gebeuren.
Peter Hoogeweg zegt
Het is een fantastisch land!
leni zegt
Goed geobserveerd en beschreven en inderdaad erg herkenbaar.
Maar waarom wil je ijs in een ‘glas’?
Peter Hoogeweg zegt
Ik bestel ijs in zo’n rond, geplastificeerd kartonnen bakje. Dat noemen ze hier in Aveiro (en trouwens ook in de nabijgelegen badplaatsen Barra en Costa Nova… jajaja, ik ken m’n adresjes!) ook een ‘copo’.
Cees Groenewegen zegt
Leuk verhaal! Met betrekking tot “de franse slag” wil ik toevoegen dat er ten minste één Portugese gewoonte is waar de gemiddelde Nederlandse weggebruiker wat van kan leren: de goede omgang met een zebrapad. Ik merkte zowel in Porto als Coimbra als in de Algarve dat de gemiddelde Portugees keurig stopt voor een zebrapad als daar iemand bij op de stoep staat en klaarblijkelijk over wil steken. In Nederland geven we liever nog even gas bij om die voetganger voor te zijn.
Peter Hoogeweg zegt
Klopt, Cees. Dat is zeker zo!
Lia zegt
De gebruiken op de weg zijn zeker anders dan in Nederland, maar zoals iemand eerder opmerkte, er gebeuren maar weinig ongelukken. Men lijkt hier misschien minder gesteld op allerlei regeltjes die in Nederland normaal zijn, maar men respecteert elkaar en houdt wel degelijk rekening met elkaar. Maar, als het niet uitmaakt, ach, wat zal je je druk maken? Persoonlijk houd ik daarvan, al was het even wennen. 🙂
In Nederland krijg je vaak het gevoel dat je je aan regels moet houden, vanwege de regels. Hier zijn er wat regels die de mensen moeten dienen, niet omgekeerd.
En gezichtsverlies. Ach, is dat niet universeel?
We hebben hier in het dorp een (goede) loodgieter, maar we zijn al een jaar bezig om te proberen hem ergens naar te laten kijken. Hij heeft er geen zin in, of geen tijd voor, geen idee. Maar ik weet ook dat wij op geen stukken na de enigen zijn bij wie dit gebeurt. Hij is ook wel eens geweest en heeft iets voor ons gefikst (ruim een jaar geleden) en we moeten nog steeds een rekening krijgen want dat zou bij dat andere komen wat we inmiddels grotendeels zelf opgelost hebben. Hoewel het prettig zou zijn als hij eens langs kwam en de rest ook afwerkte (zodat het na flinke regens geen dagen duurt voordat de afvoer op het terras het stukje zwembad in de hoek heeft weggewerkt).
Maar wat heerlijk is, de druk, het altijd op klokken en horloges kijken, het gejacht, dat is allemaal van ons afgevallen. Want het werkt wel 2 kanten uit. 🙂
Martinus zegt
Na 10 jaar Portugal terug in NL. Genoten van de eerste jaren in Pt. Maar in een ‘uitgewoond’ land leven, kostte uiteindelijk toch teveel. Leven tussen mensen die vooruit willen, voelt toch beter.