Mozart … muziek die klinkt als naderend onheil. Sluipenderwijs verandert de sfeer. Die mij doet denken aan natte, kille belofteloze dagen. Met dat oer-Hollandse weertype. Ergens verderop hoor ik ze. Pingelende tonen uit een radio.
Leesvoer
Nevel daalt neer tussen de eeuwenoude bergtoppen. Over zee komen haastige wolken op. Bij voortduring in wisselende vormen. Veranderend in een minuut, zelfs fractie van een seconde.
De eerste drie jaar van zijn leven sprak Thomas Boender geen woord. Zijn vader Jelle en zijn moeder Tsjitske zeiden alleen het hoognodige tegen elkaar.
Monosyllaben die tussen hun strakke lippen op de glimmend gepolitoerde eetkamertafel ploften, daar even bleven liggen om vervolgens in de opnieuw ingetreden stilte op te gaan.
Het intro van een flinterdun boekje. Verbannen als een verschoppeling. Naar het donkerste hoekje van de boekenkast. In vergetelheid geraakt. Maar onveranderlijk een eigentijdse boodschap.
Aanbeveling
Elke dag een nieuwe kans. Om door te gaan met leven. Zoals het ons is voorgedaan. Volledig in beslag genomen. Door van alles en nog wat. Heel de dag door. Maar het kan en mag ook anders.
Om te beginnen, tijd maken en stilstaan. Bij hoe anders of beter. Dankzij meer ruimte voor dromen. Over wat je echt gelukkig maakt. Ademloos verdiept in m’n lectuur. Op dit terras aan het water.
Hierheen gewandeld langs de haven over de Avenida do Mar. Onder de schaduw van de bomen naar het Santa Catarinapark. Om mijzelf terug te vinden. Waar was ik, hmmm … uitgelezen dat wel gelukkig.
Maar pas na die vervelende onderbreking. Tja, ’t is ook maar een compact boekje. Die pennenvrucht van J. Bernlef. Met een aansprekende inhoud. Vandaar het opschrift boven deze column. Zijn boektitel dus.
Stoorzender
Ook al geleend zoals is toegestaan. Mits onder bronvermelding. Het intro van Bernlefs geschrift. Geciteerd in twee alinea’s van dit stukje. Geen plezierige jeugd voor Thomas. Anders dan het kind verderop. Dat brood voert aan de eendjes.
Zwaar hangt de stilte in de lucht. Misschien een voorbode, ach weet-ik-veel. Een aanvankelijk vage verschijning doemt op in de achtergrond. Scherper aftekenend langzaamaan. Een vrouw met een kapsel alsof het uit steen is gehouwen.
Een mooi plekje om even te lezen, denk ik nog. Met een drankje erbij. De bezoeking blijkt van onwaarschijnlijke aard. Vredige namiddagrust wordt ruw verstoord. Door die vrouw, een babbelzieke zoals al gauw blijkt.
Luchtkasteel
Zij entert het terras als een vlaggenschip. Dat aanmeert, hiernaast bij dat stilzwijgende stel. Meteen steekt zij van wal. Eenmaal gestart houdt de woordenstroom niet meer op. Onmiddellijk is het gedaan.
Met m’n concentratie op Bernlefs proza. Overklast door oeverloos gepraat. Onnavolgbaar dialect, voor mij onbegrijpelijk. Er zit geen knop op. Waarmee je haar geluid kunt dempen. Of veel beter nog zelfs, afzetten.
Nota bene in sfeervol Funchal op deze achternamiddag. De stad die alles biedt wat je kunt verlangen. Fraaie pleinen, interessante musea, stoere forten en een indrukwekkende architectuur. Cultuur, natuur, de drukte van een levendige stad of juist oneindige stilte.
Stortvloed
Drie gespreksonderwerpen: eten, ziektes en familie. Feiten, werkelijkheid en hersenen weten haar niet te verslaan. Behept met een ogenschijnlijk onverwoestbaar zelfbeeld. Geen keus, behalve lijdzaam berusten in haar clichédiarree.
Als mijn blikken konden doden was zij nu een wokkel. Enfin, Bernlefs prachtige proza met die tijdloze boodschap. Een van mijn grote favorieten. Vooral nu het individualisme hoogtij viert.
Met (te) veel oppervlakkigheid en eenrichtingsverkeer. Wat een tragedie. Als je verleert hoe het is. Om met elkaar te praten. Een samenspraak, bedoel ik dus. Geen eindeloos durende monoloog.
Stof genoeg om van gedachten te wisselen. In een van de mooiste Portugese steden, nota bene. Bij hoogzomer een metropool verdeeld in twee werelden. Sudderen, zodra de zon wraakgierig het wolkendek verbrandt.
Herinnering
Zowel binnen als buiten die uitzinnige hitte. Getemd door de zegening van airconditioning. Achter de voordeur als grensovergang. Tussen de koelte en de stadswoestijn.
Al kuierend over de Avenida Arriaga. Afgeleid door het schitterende plaveisel. Kunstig gelegd in verbazingwekkende patronen. Van kleine Portugese keitjes die je schoenzolen kussen. Vlakbij The Ritz Café speelt een bandje.
Gouwe ouwen weerklinken over het afgeladen terras. Vol gedienstige obers in smetteloos wit gekleed. Af en aan lopend met glaasjes Madeirawijn. In het voorbijgaan vang ik ze op. De ijle tonen van een compositie.
“Greensleeves” getiteld, een herkenbare klassieker. Het muziekstuk dat figureert in dat overjarige boekenweekgeschenk. Schitterend proza. Uit de pen van wijlen J. Bernlef. Met die pakkende titel. De pianoman.
Hanneke Rijkelijkhuizen zegt
Mooi!
Robert Steur zegt
Dag Hanneke,
Reuze bedankt voor ‘t lezen van mijn stukje. Ook natuurlijk voor je positieve reactie.
Vriendelijk groetend,
Robert Steur